Bordspel – thema Taalbouwstenen
Stelling: Als anderstalige nieuwkomer verwacht ik dat mijn kind – ongeacht de thuistaal of het taalontwikkelingsniveau – bij leeftijdgenootjes kan zitten.
Wist-je-datje:
Kleuteronderwijs
Strikt genomen is een kind pas vanaf vijf jaar een anderstalige nieuwkomer. De mogelijkheid die de regelgeving biedt om onthaalonderwijs te organiseren, geldt dan ook enkel voor oudere kleuters. In de praktijk wordt zelden een onthaalklas op kleuterniveau georganiseerd omdat de kleuterklas op zich een geschikte plaats is om jonge nieuwkomers te onthalen. Is er in de school een onthaalklas, dan is het zinvoller dat de onthaalleerkracht de AN-kleuter en de leerkracht in de kleuterklas komt ondersteunen. Een AN-kleuter plaatsen we altijd op leeftijd. Het is immers essentieel voor zijn welbevinden en ontwikkeling dat het kind aansluit bij de activiteiten van kleuters van ongeveer dezelfde leeftijd.
Lager onderwijs
We pleiten ervoor om nieuwkomers op leeftijd te plaatsen. Nieuwkomers die onder hun leeftijd geplaatst worden voelen zich daar vaak, net als andere leerlingen, niet goed bij waardoor het leren moeizamer verloopt. Uiteraard vergt dit steeds een (soms moeilijke) afweging tussen de gegevens uit de beginsituatieanalyse van het kind, de schoolkenmerken (bv. zorgbeleid, lestijden AN e.d.), het schoolteam (bv. ervaring met AN, leerkrachtstijl e.d.) en de klaskenmerken (bv. klassamenstelling, mogelijkheid tot ondersteuning e.d.).
Uit een beginsituatieanalyse blijkt vaak dat de eerder verworven kennis en vaardigheden voor verschillende domeinen zich op verschillende niveaus bevinden. Dat maakt het moeilijk om te bepalen in welk leerjaar het kind het meeste leerwinst zal halen. Aangezien het welbevinden van het kind primeert, raden we aan om anderstalige nieuwkomers op leeftijd te plaatsen en binnen de leeftijdsgroep een aangepast traject te bieden. (Politeia.be)
Neem ook geen intelligentietoetsen af om het kind te plaatsen in een bepaald leerjaar. Deze toetsen zijn cultureel bepaald (*) en geven vaak een vertekend beeld. Plaats het kind in de gewone klas in principe op leeftijd. Bekijk dit wel per kind en hou ook rekening met de situatie op school en met de leerkrachten in het team. Neem de leeftijd van de anderstalige nieuwkomer, zijn gevoelens, sociale achtergrond en vooropleiding in overweging. Als je bijvoorbeeld met een twaalfjarige nieuwkomer te maken hebt die nog nooit naar school is geweest, zal die misschien wél meer kansen hebben als je hem in het vijfde laat beginnen. Overleg met de klasleerkracht wat hij of zij ziet zitten en zoek indien nodig naar oplossingen voor specifieke problemen waar de leerkracht mee geconfronteerd wordt. Staar je niet blind op de vaardigheden die de nieuwkomer nog niet heeft verworven aan het begin van het schooljaar en die je van zijn leeftijdgenoten wel verwacht. Nieuwkomers die (soms 2 of meer jaren) onder hun leeftijd zitten, voelen zich daar, net als andere kinderen, vaak emotioneel niet goed bij waardoor ook het leren moeizamer kan verlopen.
(*)Brok, B. den (1996). Het testen van vluchtelingenkinderen. Een inventariserend literatuuronderzoek naar de bruikbaarheid van cognitieve tests bij migranten- en vluchtelingenkinderen. Utrecht: Stichting Pharos.